Korrelgroep
(Aggregate size)Definiëren van een korrelgroep door de kleinste (d) en grootste (D) korrelafmeting van een toeslagmateriaal aan te duiden (bijvoorbeeld 0/4 mm)
Nadere omschrijving
Grof en fijn toeslagmateriaal wordt ingedeeld in zogenaamde korrelgroepen om een verder onderscheid dan alleen fijn of grof te kunnen maken. Korrelgroepen worden aangeduid met een ondergrens (d) en een bovengrens (D). Het zijn de zeefmaten van de kleinste en de grootste zeef. De verhouding D/d mag niet minder zijn dan 1,4.
Enkele voorbeelden van korrelgroepen:
Korrelgroepen toeslagmaterialen [mm]
Fijn |
Grof |
|||
0/1 |
2/5 |
4/8 |
8/11 |
16/22 |
0/2 |
2/8 |
4/16 |
8/16 |
16/32 |
0/4 |
4/22 |
16/63 |
||
4/32 |
Deze korrelgroepen fungeren ook als handelsaanduidingen voor toeslagmateriaal; bij bestellen moet de korrelgroep worden vermeld. Bij de aanduiding van de korrelgroepen worden de zeven 5,6 – 11,2 – 22,4 – 31,5 gemakshalve afgerond op respectievelijk 5, 11, 22 en 32 mm.
Normen/aanbevelingen/literatuur
Betoniek 16/21, Op de korrel (€)
Betoniek 13/12, Erop of eronder(€)
Betoniek 12/23, Het rollenspel rond zand (€)
NEN-EN 12620, Toeslagmateriaal voor beton + NEN 5905 Nederlandse aanvulling op NEN-EN 12620 (€)
NEN 2560, Controlezeven, draadzeven, plaatzeven en geëlektroformeerde zeven met ronde en vierkante gaten (€)
NEN-EN 933, Toeslagmaterialen voor beton - Zeefanalyse (€)