Ontkistingstijd
(Time till removal of formwork)de duur van de periode gedurende welke beton in de bekisting moet verharden tot voldoende sterkte is bereikt om te ontkisten
Nadere omschrijving
Het tijdstip waarop beton mag worden ontkist, is afhankelijk van zowel de eisen vanuit de constructie als van de snelheid waarmee de betonsterkte zich in het werk ontwikkelt. Meestal wordt de betonsterkte waarbij de bekisting mag worden weggenomen, door de constructeur bepaald en op de tekening gezet.
Daarbij kunnen ook richtlijnen van de opdrachtgever een rol spelen. Dat is bijvoorbeeld het geval bij Rijkswaterstaat (de 'Richtlijnen Ontwerpen Kunstwerken' (ROK) en bij ProRail de 'Ontwerp VoorSchriften (OVS)).
In de betonnormen worden algemene wijzigingen gegeven. Daarbij gelden de volgende minimale waarden:
-
voor beton tussen zijbekistingen (verticale panelen): betonsterkte ≥ 3,5 N/mm2;
-
voor beton in dragende bekistingen: betonsterkte ≥ 14 N/mm2.
Indien geen ontkistingssterkte is aangegeven, is de minimale ontkistingssterkte gekoppeld aan de sterkteklasse. In dat geval geldt bijvoorbeeld voor beton in sterkteklasse C20/25 een minimale ontkistingssterkte van 25 N/mm2.
Voor de sterkteklassen C28/35 en C53/65 zijn deze waarden respectievelijk 33 en 54 N/mm2.
De sterkteontwikkeling van beton en daarmee het tijdstip waarop voldoende sterkte is ontwikkeld, hangt vooral af van de betonsamenstelling en de verhardingstemperatuur.
Zie ook: Betonoppervlakken
Normen/aanbevelingen/literatuur
NEN-EN 206, Beton + NEN 8005, Nederlandse invulling van NEN-EN 206, Beton
NEN-EN 13670, Het vervaardigen van betonconstructies
NEN 8670 Ontw. nl, Aanvullende voorschriften bij NEN-EN 13670, Het vervaardigen van betonconstructies
CB5, Praktische betonkennis